Na wat foto's te hebben gemaakt, maakte het personeel van de lifeliner tijd om wat vragen te beantworden en mochten we een kijkje nemen in hun onderkomen. Tevens beschikken ze over een Mercedes Vito die kan worden ingezet als bijvoorbeeld de heli niet kan vliegen, vanwege bijvoorbeeld een storing en / of slecht weer. Mocht dit voorkomen dan blijft meestal de piloot achter om eventueel de storing te verhelpen, of omdat hij zijn rust nodig heeft ivm de vlieg uren. Hier onder vindt u de technische gegevens van het toestel en een aantal foto's.
Wij willen ook bij deze nogmaals namens het team 112Zeeland, het Mobiel Medisch Team hartelijk bedanken voor de gast vrijheid.
Type: Eurocopter EC-135 T-2
Registratie: PH-ULP
Lengte: 12.19 m
Breedte: 2.65 m
Hoogte: 3.62 m
Motor: Turbomeca Arrius 2B2
Maximale vermogen: 606 shp/452 KW
Afmeting hoofdrotor: 10.2 m
Afmeting staart rotor: 1.0m
Leeg gewicht: 1490 kg
Kruissnelheid: 256 km/u
Inzetgebieden:
Zuid-Holland, Zeeland, westelijk Noord-Brabant, Utrecht
Samenstelling Heli-MMT
Een Helikopter Mobiel Medisch Team (MMT) bestaat uit één vlieger, één verpleegkundige en één arts. Elk teamlid heeft zo zijn of haar specifieke taken:
Vliegers op een traumahelikopter moeten minimaal duizend uur vliegervaring hebben. Daarnaast assisteren de vliegers de arts en verpleegkundige wanneer de bewaking van de helikopter door de politie is overgenomen.
De verpleegkundige heeft Eerste Hulp- of ambulance-ervaring. Hij of zij heeft specialistische opleidingen gevolgd om in een MMT te kunnen werken. Daarnaast maakt hij of zij deel uit van de helikopterbemanning. De verpleegkundige heeft een opleiding gevolgd in luchtvaartcommunicatie en -navigatie. Omdat de heli-verpleegkundige als bemanningslid de vlieger moet kunnen bijstaan, is hij of zij ook op de hoogte van de techniek van de helikopter. De arts, chirurg of anesthesioloog, is specifiek opgeleid voor spoedeisende geneeskunde op de locatie van het incident. De heli-arts heeft geen vliegtechnische taken.
Taak MMT-arts
De MMT-arts diagnostiseert ter plekke de letsels en/of aandoeningen. Vervolgens bekijkt de MMT-arts of de patiënt zo snel mogelijk gereed gemaakt moet worden voor vervoer naar het ziekenhuis (bijvoorbeeld bij een niet te stelpen bloeding) of dat juist een eerste behandeling ter plaatse noodzakelijk is (bijvoorbeeld bij een drainage van een klaplong; spanningspneumothorax).
Ook beoordeelt de MMT-arts hoe het slachtoffer (meestal per ambulance, maar in sommige gevallen ook per helikopter) en naar welk ziekenhuis (dichtstbijzijnde ziekenhuis, brandwondencentrum, traumacentrum etc.) de patiënt het beste kan worden vervoerd. In sommige gevallen gaat de arts ook mee naar het ziekenhuis om tijdens het transport de vitale functies van het slachtoffer (bloedcirculatie en ademhaling) te bewaken, eventueel te behandelen en voor een goede overdracht te zorgen aan het personeel op de spoedeisende hulp (SEH) van het ontvangende ziekenhuis. In deze situaties vormt de deskundigheid van de arts een aanvulling op die van de ambulanceverpleegkundigen.
Bij een ongeval met meerdere slachtoffers doet de MMT-arts de triage. Triage wil zeggen dat de arts - vaak samen met de aanwezige ambulancehulpverleners - bij de diverse slachtoffers een eerste snelle screening wat betreft de ernst van het letsel doet en de volgorde van de behandeling van de slachtoffers bepaalt. Door deze triage kan de verdere hulpverlening effectiever plaatsvinden.
Â
Taak MMT-verpleegkundige
De MMT-verpleegkundige assisteert de MMT-arts. De verpleegkundige taken bestaan bijvoorbeeld uit het toedienen van medicatie, het assisteren bij intubatie, het inbrengen van infusen en het tijdig attenderen van de arts op wijzigingen in de toestand van het slachtoffer.
In het geval van de inzet van een MMT per helikopter (HTT) helpt de verpleegkundige de piloot met een correcte vluchtvoorbereiding, de navigatie en met het zoeken naar een geschikte landingsplaats.
 Â
Samenwerking met andere hulpverleners
Het MMT werkt nauw samen met de ambulancediensten, de politie en de brandweer. Een goede samenwerking tussen de betrokken hulpverleners -met voor iedere discipline een eigen taak en verantwoordelijkheid - is essentieel voor een optimale kwaliteit van de hulpverlening.
Â
In welke situaties en hoe vaak wordt een MMT ingezet ?
De behoefte aan de inzet van een MMT kan zich altijd en op elk moment van de dag voordoen. Ernstige traumatische letsels (hier worden lichamelijke letsels mee bedoeld) en andere vergelijkbare acute levensbedreigende medische situaties vormen de aanleiding voor de inzet van een MMT.
Belangrijke oorzaken voor het ontstaan van ernstige traumatische letsels en vergelijkbare acute levensbedreigende situaties zijn onder andere verkeersongevallen, geweldsdelicten, bedrijfs- en sportongevallen en, gelukkig minder frequent, grootschalige ongevallen of rampen. Ook ernstige brandwonden of juist sterke onderkoeling kunnen reden zijn voor de inzet van een MMT.